Dubbelinterview Parool 18 november

Freek de Jonge in De vogelwachter: ‘We krijgen een heel andere Freek te zien’

Freek de Jonge speelt in De vogelwachter een man die al decennia alleen op een eilandje leeft. Filmmaker Threes Anna: ‘Hij heeft zijn zachte kant laten zien.’
Joost Broeren-Huitenga 18 november 2020

Een geschenk. Die woorden gebruikt zowel hoofdrolspeler Freek de Jonge (76) als regisseur Threes Anna (61) als we ze los van elkaar spreken over De vogelwachter. Cabaretier, schrijver en zanger De Jonge is ermee verguld dat hij op dit moment van zijn leven een hoofdrol mocht spelen. “Een grote film maken, dat is na je 75ste toch meestal niet meer voor je weggelegd.” Op haar beurt prijst regisseur, theatermaker en dichter Anna zich gelukkig met hoe De Jonge die hoofdrol heeft ingevuld. “We krijgen een heel andere Freek te zien. Hij heeft een zachte en kwetsbare kant durven tonen.”

De Jonge nuanceert dat wel enigszins. “Ik heb me niet hoeven forceren, hoor. En ik heb inmiddels zo’n beetje alle kanten van mezelf wel al laten zien, volgens mij.” Toch ­beaamt hij dat het personage een behoorlijk eind verwijderd is van zijn eigen karakter en imago. De Jonge speelt de titelfiguur in De vogelwachter, een man die al decennia in zijn eentje op een eilandje in de Atlantische Oceaan ­bivakkeert om de vogels die er leven te tellen.

“Ik ben zelf juist graag onder de mensen,” zegt De Jonge. “Ik maak iets en terwijl de inkt nog nat is ren ik al naar buiten: moet je kijken wat ik nou weer heb verzonnen. Dus iemand die jarenlang alleen maar naar vogels kijkt, een nuchtere eenzaat die daar aan het tellen is en niets te ­maken heeft met de dynamiek van de wereld, is een ander verhaal.”

De regisseur zocht bewust naar een komiek voor de hoofdrol in haar melancholische verhaal. “Ik ben vrij serieus, poëtisch en absurd, dus daar moest een andere klankkleur tegenover staan,” zegt ze. “Het gaat over een oudere man, dus het moest een oude komiek zijn. Nou, dan zijn er niet zo veel keuzes, en Freek heeft gewoon de mooiste kop.”

Regisseur Threes Anna – beeld Angelique van Woerkom

Eigen werelden

Voor Anna begon De vogelwachter met een bescheiden ambitie: nu eens een keer iets dicht bij huis maken. Haar speelfilmdebuut The Bird Can’t Fly (2007) draaide ze in Zuid-Afrika, opvolger Silent City (2012) deels in Tokio. Ook de locatievoorstellingen die ze in de jaren negentig als artistiek leider van theatergroep Dogtroep maakte, voerden haar vaak naar verre streken.

Voor De vogelwachter werden alle buitenopnamen op Texel ­gedraaid, het eiland waar Anna zelf woont. Maar in de film is het niet letterlijk het eiland Texel. “Ik laat me ­inspireren door locaties,” zegt Anna over haar werkwijze. “Dat was vroeger bij Dogtroep al, en nu voor mijn romans en films nog steeds. Ik begin met een plek, en van daaruit ontstaat een hele wereld. Ik maak steeds eigen werelden – werelden die we allemaal wel herkennen, maar die we niet kennen. Ik heb van Texel een plek gemaakt die midden in de Atlantische Oceaan ligt en niets meer met Nederland te maken heeft.”

Ook in het leven van De Jonge neemt het eiland een speciale plaats in: het is de plek waar in 1974 zijn toen drie maanden oude tweede kind overleed. “De herinnering is er nog altijd,” vertelt hij. “Je kunt het niet achter je laten, en dat is volgens mij ook niet de bedoeling. Het is je over­komen, dat tekent je en daar blijf je vanuit leven. Je houdt het bij je, en af en toe, zoals nu met de film, krijgt het weer een betekenis.”

Als eerbetoon aan dat beladen verleden plaatste Anna in het duinlandschap dat het decor vormt een kruis, als een graf – er staat de naam Ishmael op. Want elk detail in de film heeft een betekenis, vaak meerdere betekenissen, zegt ze. “Er zijn allerlei redenen waarom dat kruis erin zit, en dit is er een van. Het is ook een verwijzing naar Moby Dick, de eenzame zoektocht van de hoofdpersoon. Niet eens een knipoog, maar echt een warme lach naar Moby Dick. En het leek me dat zo’n man in zijn eentje wat Sprechhunden nodig heeft. Ook om Freek als acteur te helpen, dat hij wat punten heeft om naar te kijken en mee te praten, waar hij contact mee heeft. Binnen in het huisje is dat de klok, buiten de dieren, en dat kruis is ook een van die Sprechhunden.”

Profetisch

Vrijwel alle kunst krijgt een nieuwe lading in het lockdownjaar 2020, maar voor De vogelwachter – jaren geleden al verzonnen en gedraaid in mei en juni van 2019 – geldt dat wel heel expliciet. “De man die ik speel is eigenlijk al 45 jaar in quarantaine,” zegt De Jonge. “We zijn als mens volkomen afhankelijk van het lot en de natuur. Deze man heeft zich daarin gevonden, hij kan daarmee omgaan.”

Onbedoeld lijkt de film ineens commentaar te geven op het huidige tijdsgewricht, beaamt ook Anna. “Het gaat over eenzaam zijn maar niet alleen, en alleen zijn maar niet eenzaam. Het is heel vreemd – ik had de film twee ­dagen voor de eerste lockdown af, maar mensen reageren erop vanuit de werkelijkheid zoals die nu is. In Amerika, waar de film al op een festival draaide, noemden sommigen hem zelfs profetisch. Ik denk in elk geval dat hij goed bij deze tijd past, omdat hij naar binnen kijkt, zonder angst voor eenzaamheid.”

Maar elk voordeel heeft zijn nadeel. De Jonge: “Ik vind het eigenlijk tragisch dat hij nu wordt gelanceerd, op een moment dat er maar dertig man de bioscoop in kunnen. Vooral voor Threes, die er zo lang aan heeft gewerkt. Hij komt natuurlijk op televisie, maar dat is een heel andere ervaring dan in de bioscoop op groot scherm.”

De regisseur ziet het zonniger in. “Als je naar een James Bond gaat, wil je in een volle zaal zitten – dat is lekker, die energie van iedereen om je heen. Deze film is met maar dertig mensen in een zaal nog net zo fijn. Het is wél een film die je op groot doek moet zien, maar hij is goed in je eentje te verwerken.”